Nieuwe regels gebruikelijk loon voor DGA’s
Verricht u werkzaamheden voor een vennootschap waarvan u een aandelenbelang van 5% of meer heeft? Dan dient u hiervoor loon te ontvangen. Dit noemen we het gebruikelijk loon. Om de hoogte van het gebruikelijk loon te bepalen, heeft de wetgever regels gesteld. Met ingang van 2023 zijn deze regels aangescherpt. Het (minimum) normbedrag is verhoogd en de zogenoemde doelmatigheidsmarge is verdwenen. Hoe beïnvloeden deze wijzigingen uw loon, welke stappen kunt u nemen en hoe kunnen wij u hierbij helpen? Wij lichten het in dit artikel toe.
Regels gebruikelijk loon
De gebruikelijkloonregeling is van toepassing op de aanmerkelijkbelanghouder die werkzaamheden verricht voor een vennootschap waarin hij of zij (kort gezegd) 5% of meer van de aandelen bezit. Hierbij tellen ook de eventuele aandelen van de partner van de aanmerkelijkbelanghouder mee. Vaak betreft het een directeur-grootaandeelhouder (DGA).
De DGA moet een passende beloning ontvangen in de vorm van een gebruikelijk loon. De wetgever heeft een kader geschetst waarbinnen de (minimale) hoogte van het gebruikelijk loon bepaald wordt. De hoogte van het gebruikelijk loon in 2023 is minimaal het hoogste bedrag van de volgende bedragen:
het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking, of
het loon van de meest verdienende werknemer binnen de vennootschap of van een verbonden vennootschap, of
tenminste € 51.000 (was € 48.000 in 2022).
Tot 2022 was het mogelijk om bij deze berekening een afslag van 25% te nemen op het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking: de doelmatigheidsmarge. De doelmatigheidsmarge is per 2023 komen te vervallen.
Onder omstandigheden is het mogelijk om het loon op een lager bedrag vast te stellen dan het hoogste van de bovenstaande bedragen. Let op, de bewijslast hiervan ligt wel bij u! U moet dus kunnen onderbouwen waarom een lager gebruikelijk loon geoorloofd is. Uw adviseur kan u hier meer over vertellen.
Actie vereist!
Het gebruikelijk loon van de DGA zal de komende tijd waarschijnlijk extra aandacht krijgen vanuit de Belastingdienst. Gelet op de aangepaste regels zal een in het verleden vastgestelde gebruikelijk loon in veel gevallen niet meer in lijn zijn met de nieuwe gebruikelijk loonregels. Dit komt met name door het wegvallen van de doelmatigheidsmarge.
Voorbeeld
Stel: in 2022 en 2023 bedraagt het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking € 70.000 en het loon van de meest verdienende werknemer € 60.000.
In 2022 was uw gebruikelijk loon tenminste het hoogste van de volgende drie bedragen:
75% x € 70.000 = € 52.500 ( meest vergelijkbare dienstbetrekking);
€ 60.000 (meest verdienende werknemer)
€ 48.000.
Het gebruikelijk loon in 2022 bedroeg dus ten minste € 60.000.
In 2023 is de berekening anders als gevolg van de gewijzigde regels: uw gebruikelijk loon is dan tenminste het hoogste van de volgende drie bedragen:
100% x € 70.000 = € 70.000 (meest vergelijkbare dienstbetrekking);
€ 60.000 (meest verdienende werknemer)
€ 51.000.
Op basis van deze berekening is uw loon in 2023 ten minste € 70.000. Ondanks het feit dat de omstandigheden niet zijn gewijzigd, is uw gebruikelijk loon in 2023 dus als gevolg van de nieuwe regels € 10.000 hoger.
Ook de samenloop tussen het wegvallen van de doelmatigheidsmarge en de verhoging van het minimumbedrag naar € 51.000 kan leiden tot een wijziging van het gebruikelijk loon. Bijvoorbeeld als uw loon was gebaseerd op het minimale bedrag van (voorheen) EUR 48.000. Door het wegvallen van de doelmatigheidsmarge kan het nu zo zijn dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking hoger is dan het minimumbedrag. In dat geval moet u nu 100% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking als gebruikelijk loon genieten.
Hoe kunnen wij u helpen?
Het is belangrijk om kritisch na te denken over wat een passend gebruikelijk loon is voor uw werkzaamheden, en de onderbouwing en berekening goed vast te leggen. Onze specialisten bespreken uw positie en werkzaamheden met u, en kunnen u op basis van onze uitgebreide kennis helpen bij het herijken of bepalen van het voor u passend gebruikelijk loon. Om tot een goed onderbouwd gebruikelijk loon te komen kunnen wij ook een vergelijkend salarisonderzoek voor u uitvoeren, waarbij wij op basis van een grondige analyse specialistische databases raadplegen om het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking zo nauwkeurig mogelijk te bepalen.
Vastlegging en bewijslast
Het is van belang om schriftelijk vast te leggen op basis van welke overwegingen en gegevens u het loon - uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking – heeft vastgesteld. Als de belastinginspecteur meent dat uw loon te laag is, en u dit niet gemotiveerd kunt betwisten, kan de Belastingdienst de niet afgedragen belasting over dit loon naheffen bij uw vennootschap. Door de berekening (vooraf) goed onderbouwd te documenteren, komt u bij een dergelijke discussie goed beslagen ten ijs. De belastinginspecteur moet dan kortgezegd bewijzen waarom uw gebruikelijk loon niet klopt, als hij een hoger gebruikelijk loon wil toepassen.
Meer weten?
Een gedegen vastlegging vooraf, maakt een eventuele discussie met de Belastingdienst achteraf makkelijker en kan correcties voorkomen of beperken. Wilt u meer weten over de gebruikelijkloonregeling, of hoe wij u van dienst kunnen zijn bij het bepalen van een passend gebruikelijk loon? Onze Employment Advisory specialisten bespreken graag de laatste inzichten met u, en wat de gevolgen of mogelijkheden voor u zijn.
Wet- en regelgeving op dit gebied kan onderhevig zijn aan verandering. Wij raden u aan om met uw Baker Tilly adviseur te overleggen over de impact hiervan.