Skip to content
Gepubliceerd op: 15 januari 2021
Type publicatie Kennisartikel
Vandaag twee weken geleden was het zover, 1 januari 2021: Brexit was een feit. Een week daarvoor op kerstavond werd de deal gepresenteerd. Maar waar zijn we nu? Hoe gaat het nu werkelijk in de praktijk? En dan praten we enkel nog over de btw en een aantal douaneaspecten van het geheel, en hebben we het niet over het transport, vertragingen, de visserij, expats, etc.

Niets is wat het lijkt

De afgelopen twee weken is het steeds meer ondernemers duidelijk geworden dat de bereikte deal voor hen op btw- en douanegebied niet heeft opgeleverd wat men wellicht had gehoopt. Het grootste misverstand is nog wel dat met een deal men soms hoopte dat het VK een EU-land, en daarmee alles bij het oude vertrouwde, zou blijven. Helaas is dat niet zo. Het VK is een niet-EU land geworden met alle gevolgen van dien. Daarbij is er nog een belangrijke uitzondering gemaakt voor de handel van goederen met Noord-Ierland. Dit vindt nog steeds plaats binnen de EU douane-unie.

Bij free trade dacht men aan helemaal geen invoerrechten als goederen de EU of het VK in komen. Ook dat blijkt helaas een stuk genuanceerder te liggen. Goederen moeten immers hun oorsprong hebben in de EU of het VK om invoerrechten te voorkomen in handel tussen beide gebieden. Is dit niet het geval, dan zijn er invoerrechten verschuldigd zodra de goederen in de EU of het VK worden ingevoerd.

Herinrichting distributiemodel voor VK ondernemers

Het herinrichten van het distributiemodel wordt dan ook steeds vaker weer overwogen. Heeft een VK ondernemer als grootste afzetmarkt de EU? Dan is het in veel situaties een stuk voordeliger en efficiënter om de import en distributie via een EU-land als Nederland te laten verlopen.

In Nederland is een VK-ondernemer met het regelen van een aantal zaken snel klaar om verder te kunnen. Denk aan het regelen van een 3PL die de inklaring, opslag, verzending, vervoer maar ook retourverwerking regelt. Daarbij zal men een EORI-nummer en een btw-nummer nodig hebben en moet men regelmatig btw-aangiftes indienen. Indien gewenst kan men een fiscaal vertegenwoordiger aanwijzen, dit is niet noodzakelijk doch kan het wel voordeliger zijn om het voorfinancieren van invoer-btw te voorkomen. Het opzetten van een lokale entiteit is vanuit btw- en douaneperspectief absoluut niet nodig.

Handel met het VK door EU-ondernemers

Voor ondernemers in de EU met het VK als een belangrijke afzetmarkt zijn er ook een aantal belangrijk aandachtspunten. Afgezien van zaken als wie is verantwoordelijk voor de uitvoer uit de EU en, nog belangrijker, de invoer in het VK, moet ook nog worden gedacht aan de wijzigingen voor e-commerce in het VK.

Verkoop je goederen online aan consumenten in het VK en is de waarde van de zending lager dan GBP 135, dan ben je als verkoper btw verschuldigd in het VK. Dit betekent dat een lokale btw-registratie en aangifteplicht is ontstaan. Dit geldt ongeacht of de verkoper of de consument invoert in het VK.

Daarbij komt nog dat als je digitale diensten verricht aan consumenten in het VK het MOSS systeem niet langer beschikbaar is voor die diensten aan VK consumenten. De btw verschuldigd in het VK dient te worden aangegeven en betaald via een lokale aangifte in het VK.  Dit betekent dat ook voor dergelijk diensten een lokale btw-registratie en aangifteplicht is ontstaan.

Wat nu?

Kijk goed na wat uw positie is en of u deze positie in de huidige markt kan worden verbeterd waar nodig. Met een aantal aanpassingen zou zowel uw btw- en douanepositie als uw commerciële positie, aanzienlijk kunnen verbeteren. Meer weten? Wij helpen u graag verder.

Dit bericht is meer dan zes maanden geleden gepubliceerd. Omdat wet- en regelgeving continu in beweging is, raden wij u aan met uw Baker Tilly adviseur te bespreken of de informatie in dit bericht actueel is en gevolgen heeft (of mogelijkheden biedt) voor uw situatie. Uw adviseur praat u graag bij over de laatste stand van zaken.

De laatste wetgeving en tips voor uw industrie

Schrijf u in voor onze nieuwsbrief